Onderhoud aan BMC

Onderhoud aan BMC

Als je een Brandmeldinstallatie hebt moet hij natuurlijk wel blijven werken, daarvoor is Onderhoud noodzakelijk, wat houdt het onderhoud in?

Normen

De wijze waarop onderhoud moet worden uitgevoerd is vastgelegd in normen:

  • NEN 2654-1: onderhoud aan Brandmeldinstallaties (NEN2654-1+C1:2018 nl)
  • NEN 2654-2: onderhoud aan Ontruimingsalarminstallaties (NEN 2654-2:2018 nl)
  • NEN 2654-3: onderhoud aan Rookbeheersingssystemen (NEN 2654-3:2012 nl)

Definities:

Nominale staat

Technisch en functionele werking van de brandmeldinstallatie bij ingebruikname (oplevering) of bij laatste wijziging van elk onderdeel van de brandmeldinstallatie en binnen de bandbreedte zoals dat in de productspecificaties is vastgelegd.

Onderhoudsdeskundige

persoon die beschikt over de noodzakelijke productkennis en vakbekwaamheid voor het onderhoud van brandmeldinstallaties en die belast is met en verantwoordelijk is voor het uitvoeren van de hem toegewezen onderhoudswerkzaamheden.

Beheerder

persoon die beschikt over de noodzakelijke vakbekwaamheid voor het beheer van de brandmeldinstallatie en die is geïnstrueerd omtrent de hem/haar toevertrouwde taken en mogelijke gevaren die zijn verbonden aan onjuist handelen.

In het kort:

In principe moet een onderhoudsdeskundige het systeem jaarlijks onderhouden, controleren of het systeem nog in de nominale staat is en de resultaten vastleggen. Daarnaast moet het systeem maandelijks worden gecontroleerd door een Beheerder. Om te voorkomen dat dit “Ad Hoc” gebeurt moet er een schema zijn waarop is vastgelegd wie wat op welk moment doet. Daarnaast moeten de personen dus deskundig zijn.

Maar het onderhoud en het beheer gaat verder dan de brandmeldinstallatie. Er moet ook gekeken worden of de installatie nog past bij het bedrijf, als er verbouwingen hebben plaatsgevonden of ruimtes anders worden gebruikt moet gekeken worden of dit invloed heeft op de uitgangspunten, de werking en de effectiviteit van het systeem. Bij twijfel zal er een branddetectiebedrijf ingeschakeld moeten worden die de gevolgen kan inschatten.

Jaarschema:

In het logboek moet een jaarschema worden toegevoegd waarin telkens de taken staan die elke maand moeten worden uitgevoerd. Als voorbeeld, stel dat het systeem in Mei is opgeleverd:

Elke maand wordt door de beheerder gekeken of de Brandmeldcentrale BMC er goed uitziet, of de lampjes het doen er geen storingen zijn. Vervolgens test hij de doormelding van een storing en (als die er is) de doormelding van een brand.

Elke 4 maanden loopt de Beheerder door het pand en kijkt of alle componenten er nog goed uit zien. En hij controleert van elke groep 1 melder.

1x per jaar voert de Onderhoudsdeskundige een onderhoud uit waarbij hij ook kijkt naar de sturingen, de alarmorganisatie en de documenten.

Deskundigheid

Bij de definities werd gesproken over “productkennis” en “vakbekwaamheid”. De norm schrijft echter geen specifieke diploma’s voor. Het CCV heeft richtlijnen opgesteld en CCV erkende bedrijven zijn verplicht zich hier aan te houden. Maar ook daarbuiten wordt het gezien als een goed uitgangspunt:

Een Beheerder Brandmeldinstallaties kan met een BBMI diploma of certificaat aantonen dat hij de nodige kennis heeft. Deze opleiding wordt door heel veel opleidingsinstituten, installateurs en fabrikanten gegeven.

De Onderhoudsdeskundige heeft bij voorkeur het diploma Onderhoudsdeskundige Brandmeldinstallaties en misschien ook Onderhoudsdeskundige Ontruimingsalarminstallaties. En daarnaast heeft hij ook een producttraining voor die specifieke producten van de betreffende fabrikant gevolgd.